Gedragskenmerken |
Operationalisaties |
Sensitiviteit:
Tonen belangrijke informatie op te nemen in gesprekken. Relevante vragen
stellen. Ingaan op reacties, ook op non-verbaal gedrag. |
- Laat de ander uitspreken.
- Houdt voortdurend contact met gespreksdeelnemers.
- Pauzeert als een ander wil interrumperen.
- Geeft door gedrag en houding blijk van interesse in wat de
gesprekspartners inbrengen.
- Reageert op lichaamstaal en verbale signalen met relevante vragen.
- Toetst of hij begrepen heeft wat de ander wilde zeggen.
- Geeft een goede samenvatting van wat is gezegd.
- Vraagt opheldering, reden of oorzaak als wat de ander zegt niet
helder is.
- Stelt vragen als hij de indruk heeft dat de ander nog niet alles
heeft gezegd.
- Komt terug op wat eerder door deelnemers is gezegd.
|
Sensitiviteit:
Zich bewust tonen van andere mensen, de omgeving en de eigen invloed
hierop. Gedrag dat getuigt van het onderkennen van de gevoelens en
behoeften van anderen. |
- Spreekt vertrouwen in de ander uit.
- Toont waardering, geeft complimenten.
- Laat de ander in zijn waarde, probeert niet terug te pakken, enz.
- Geeft anderen de ruimte in het gesprek, nodigt uit tot inbreng.
- Reageert op bijzondere omstandigheden waarin een ander verkeert, gaat
daar goed mee om.
- Verwoordt gevoelens en behoeften van anderen.
- Begrijpt dat iets pijnlijk ligt voor een ander en reageert daarop met
adequaat gedrag.
- Laat zien dat hij begrip heeft voor en rekening houdt met
doelstellingen, wensen of belangen van de ander.
- Laat merken dat men elkaar niet begrijpt, wanneer er langs elkaar
heen wordt gepraat.
- Toont respect voor gevoelens en principes van een ander, ook wanneer
er sprake is van weerstand.
- Past zijn gedrag aan dat van de ander aan.
- Creëert betrokkenheid door de ander te betrekken bij het overwinnen
van moeilijkheden.
- Houdt er in zijn voorbeeldgedrag en bij het geven van aanwijzingen
zorgvuldig rekening mee dat uitingen van een deskundige of een
hulpverlener zeer grote invloed hebben op de ander.
- Houdt zich bij de essentie van de zaak, vraagt niet naar zaken of
persoonlijke omstandigheden die niet van rechtstreeks belang
zijn voor de behandeling.
- Toont begrip voor afwijkende standpunten, omgangsvormen, gewoonten.
- Laat blijken rekening te houden met een ethisch of moreel probleem
van de ander.
- Heeft respect voor de persoonlijkheid en de mogelijkheden van
patiënten en hulpvragers.
- Houdt rekening met de doelstellingen van anderen.
- Houdt zorgvuldig rekening met de grote invloed van meningen en daden
van de hulpverleners op hulpvragers.
|
Mondeling communiceren:
Ideeën en meningen in toepasselijke en begrijpelijke taal aan
anderen duidelijk maken in woorden en lichaamstaal, goed afgestemd
op de ander. |
- Spreekt duidelijk verstaanbaar.
- Praat rustig, neemt pauzes, let op reacties van de toehoorders.
- Formuleert helder en duidelijk.
- Gebruikt korte zinnen, vermijdt tussenzinnen en andere ingewikkelde
constructies.
- Spreekt in begrijpelijke taal.
- Kiest zorgvuldig de juiste woorden.
- Vermijdt vaktaal of legt een begrip uit de vaktaal duidelijk uit.
- De lichaamstaal, de gebaren, 'de non-verbale communicatie', is
effectief en correct.
- Gebruikt spreekwijzen, taalvormen, die aansluiten bij de wereld van de
toehoorders.
- Brengt de bedoeling van een boodschap goed over.
- Toetst of de ander de boodschap goed heeft begrepen.
- >Gaat na of er misschien nog vragen zijn bij de toehoorders.
- Verheldert een probleem met een goed voorbeeld.
|
Schriftelijk communiceren:
Ideeën en meningen in begrijpelijke en correcte taal op schrift
stellen. |
- Schrijft duidelijke onderzoeksverslagen en rapporten.
- Teksten zijn logisch opgebouwd en hebben een goede structuur.
- Correcte spelling en zinsbouw.
- Correct taalgebruik, vermijdt jargon.
- Legt ingewikkelde zaken goed uit, desnoods op verschillende
manieren.
- Komt met goede voorbeelden.
- Formuleert een voorstel of besluit helder en compleet.
- Schrijft een beknopt, helder en relevant gespreksverslag.
|
Presentatie:
Een goede indruk geven van zichzelf en daarmee ook van de organisatie.
Informatie en diensten professioneel aanbieden. Zich presenteren
zoals de organisatie bij het uitvoeren van centrale activiteiten
gezien wil worden door de buitenwereld. |
- Bejegent patiënten, publiek en collega's correct. Gedraagt zich
en handelt overeenkomstig de beroepscode en de stijl van de
organisatie.
- Heeft stijl, uitstraling, zoals past bij de functie en bij de
gelegenheid.
- Besteedt aandacht aan kleding, persoonlijke verzorging en aan het
materiaal dat bij publiekscontact wordt gebruikt.
- Heeft goed contact met publiek, toehoorders, klanten en bezoekers
aan de balie en dergelijke, laat merken dat zij alle aandacht
krijgen.
- Past taal en stijl aan bij wat de situatie, de klant of het publiek
vergt.
- Reageert direct op vragen en reacties uit het publiek zonder doel en
structuur van de zaak of van het betoog uit het oog te
verliezen.
- Blijft kalm en correct, ook bij weerstand en spanning of als er boos
of onheus wordt gereageerd.
- Boeit het publiek met een goed verhaal, verassende wendingen,
pakkende voorbeelden en dergelijke.
- Gaat handig om met moderne hulpmiddelen. Is voorbereid op en
reageert handig op storing en pech.
- Brengt de kern van de zaak duidelijk, kort en bondig over.
|
Sociabiliteit:
Zich zonder moeite onder andere mensen kunnen begeven. Gemakkelijk naar
anderen toestappen en zich gemakkelijk in gezelschap mengen |
- Legt gemakkelijk contact.
- Stapt naar onbekenden toe, spreekt hen aan, wacht niet tot hij wordt
aangesproken.
- Geeft persoonlijke informatie om een gemeenschappelijk
belangstellingsgebied te vinden.
- Houdt de conversatie op gang met inbreng over onderwerpen die van
belang zijn voor de ander.
- Bouwt netwerken op.
- Brengt mensen met elkaar in contact.
- Spreekt een groot aantal mensen aan in korte tijd, bijvoorbeeld op een
receptie, tijdens de pauzes van een congres of bij een
rondwandeling door het bedrijf.
- Beschikt over een groot aantal onderwerpen waarover hij interessante en
relevante dingen kan zeggen.
- Is lid van commissies en verenigingen.
|
Samenwerken:
Bijdragen aan een gezamenlijk resultaat, ook wanneer de samenwerking een
onderwerp betreft dat niet direct van persoonlijk belang is. |
- Doet concessies als het er om gaat tot een gezamenlijk resultaat te
komen.
- Helpt anderen hun eigen doelen te bereiken.
- Stelt gezamenlijk belang boven eigen belang.
- Steunt voorstellen van anderen, bouwt daarop voort in de richting van
een gemeenschappelijk doel.
- Blijft meedenken, levert bijdragen, ook wanneer er geen sprake is van
een persoonlijk belang.
- Zet zich in voor het bereiken van win/win opties.
- Uit zich positief over prestaties van een collega.
- Helpt collega's, biedt hulp aan.
- Doet iets waardoor de spanningen in een groep vermindert.
- Vraagt hulp bij conflicten en problemen.
|
Onderhandelen:
Effectief communiceren van eigen standpunten en argumenten en het opsporen
en benoemen van gemeenschappelijke doelen. op een manier die over
en weer tot overeenstemming leidt. |
- Verkent vooraf realistische en haalbare resultaten.
- Onderzoekt vooraf eigen de grenzen, de mogelijkheden en de bereidheid van
de organisatie tot het doen van concessies.
- Vraagt naar de doelstellingen van de overlegpartners.
- Tast naar de argumenten van de wederpartij alvorens eigen standpunten te
onderbouwen.
- Geeft eigen doelstellingen en belangen duidelijk aan en blijft daaraan
vasthouden. Herhaalt eigen doelstellingen regelmatig tijdens
de onderhandelingen.
- Brengt tijdens de onderhandelingen de punten helder naar voren die
aansluiten bij de belangen en doelstellingen van de
wederpartij.
- Geeft argumenten waarom voorstellen van de wederpartij niet
acceptabel zijn. Laat zien wat de negatieve effecten zijn van
deze voorstellen.
- Houdt het kruit droog, brengt zijn argumenten stap voor stap, op het
juiste moment.
- Zoekt steeds opnieuw naar gemeenschappelijke belangen en naar
oplossingen die voor alle partijen acceptabel zijn. Past de
argumentatie daarop aan.
- Vermijdt aanvallen, wijst op de nadelen van het instandhouden van het
geschil en op de voordelen van een gezamenlijke overeenkomst.
- Gaat zorgvuldig na of partijen het eindresultaat goed begrijpen en
daadwerkelijk accepteren.
|